Aardrijkskunde vmbo tl 3
2.1 Start: Traditionele energie
Uitputbare energiebronnen kunnen opraken. Voorbeelden hiervan zijn bruinkool, steenkool, aardolie en aardgas. Ze worden ook fossiele brandstoffen genoemd. Ze zijn ontstaan uit dode planten- en dierenresten. Samen met kernenergie zijn het de meest gebruikte energiebronnen op aarde. Kernenergie wordt opgewekt uit uranium.
2.2 Start: Duurzame energie
Hernieuwbare energiebronnen raken nooit op. Dit zijn zonne-energie, windkracht, waterkracht, aardwarmte en biomassa. Zij leveren duurzame energie. Aardwarmte wordt benut in geothermische centrales. Het aandeel duurzame energie is wereldwijd nog maar klein.
2.3 Start: Infrastructuur en energie
Er vindt wereldwijd veel uitwisseling van energiebronnen plaats. Niet iedereen heeft immers (voldoende) eigen energie. Havens zijn belangrijke knooppunten in de energienetwerken. Aardolie en (vloeibaar) aardgas worden veelal per schip of pijpleidingen getransporteerd. In thermische centrales wordt elektriciteit opgewekt. Dit wordt via hoogspanningslijnen of stroomkabels getransporteerd.
2.4 Nederland & Frankrijk: Energievoorziening
In Nederland is de meeste energie afkomstig van fossiele brandstoffen, met name van aardolie en aardgas. We beschikken zelf over een grote aardgasvoorraad, vooral in de ondergrond van Groningen. Aardolie wordt geïmporteerd.
In Frankrijk is veel energie afkomstig van kerncentrales en waterkrachtcentrales. In Bretagne ligt voor de kust een getijdencentrale. Anno 2015 is 14 procent van de energie in Frankrijk duurzaam of ‘groen’.
2.5 Nederland & Frankrijk: energie
In het landschap zie je van alles terug wat te maken heeft met de energievoorziening. Zoals elektriciteitscentrales, hoogspanningslijnen en windmolens. Voor de kust liggen offshore windparken. In de ondergrond bevindt zich een uitgebreid netwerk aan gasleidingen. Nederland wil in de toekomst graag een belangrijke rol in de aardgasvoorziening in Europa vervullen, door te leveren uit eigen én geïmporteerde voorraad. Rotterdam en Amsterdam zijn nu al zeer belangrijke havens voor de aan- en doorvoer van kolen en olie voor landen in West-Europa.
2.6 Nederland & Frankrijk: energie
Frankrijk importeert op grote schaal aardolie en aardgas vanwege het gebrek aan eigen fossiele brandstoffen.
Kernenergie levert driekwart van alle benodigde elektriciteit. De verwerking en de opslag van het radioactieve afval dat bij de productie ontstaat, vormt een probleem.
Waterkrachtcentrales komen vooral voor in de reliëfrijke gebieden, stoten geen CO2 uit maar vormen wel grote stuwmeren.
2.7 Nederland & Frankrijk: Duurzame energie
In Nederland is anno 2015 nog geen 6 procent van de energie duurzaam. Dit moet 16 procent worden in 2023. De overheid stimuleert dit onder andere door subsidies.
Slimmer omgaan met restwarmte heet warmtekrachtkoppeling. Het kan toegepast worden bij thermische centrales of bij een afvalverbrandingsinstallatie en is een duurzame manier om met energie om te gaan.
In Frankrijk moet in 2030 bijna een derde van de energie groen zijn. Hiervoor gaat het land het gebruik van fossiele brandstoffen terugdringen en ook het aandeel van de kernenergie. Zonne-energie en windkracht zijn belangrijke vervangers.
Je kunt met behulp van de vier aardrijkskundige dimensies naar duurzame energie kijken: de economische, sociaalculturele, politieke en natuurlijke dimensie.
2.8 Brazilië: Braziliaanse energiebonnen
Brazilië is een groot land dat tussen 2000 en 2010 een snelle economische groei doormaakte. Het wordt gezien als een opkomende economie. Door de economische groei, bevolkingsgroei en industrialisering stijgt de vraag naar energie. Brazilië beschikt zelf over voldoende aardolie. Dat bevindt zich grotendeels in diep gelegen olievelden voor de zuidoostkust. Waterkrachtcentrales voorzien in de grootste stroombehoefte. Uit suikerriet wordt bio-ethanol gemaakt waar de meeste auto’s in Brazilië op rijden.
2.9 Brazilië: Energie in Zuidoost-Brazilië
De dichtst bevolkte en meest ontwikkelde regio van het land is het zuidoosten. Hier is het energieverbruik ook het hoogst. Stroom komt vooral van de vele waterkrachtcentrales.
Het is ook het gebied waar de meeste suikerriet geteeld wordt. Om plaats te maken voor het suikerriet zijn kleine boerenbedrijven en/of natuur verdwenen. Er is dus sprake van verdringing.
2.10 Brazilië: Duurzame energie
Brazilië doet zijn best de energievoorziening zo duurzaam mogelijk te houden. Er komen nog steeds nieuwe waterkrachtcentrales bij, de infrastructuur voor de ethanolproductie verbetert en windmolens worden in hoog tempo bijgebouwd. Desondanks blijven traditionele energiebronnen onmisbaar vanwege hun betrouwbaarheid en relatief lage kosten. Wanneer je duurzame energie vanuit verschillende dimensies bekijkt, zie je dat er ook nadelen aan zitten; bijvoorbeeld wanneer mensen er door gedwongen worden te verhuizen en/of stukken bos verdwijnen.
2.11 Casus: Amazonegebied onder druk
Er is in het Amazonegebied concurrentie om ruimte. Dit gaat vaak ten koste van de natuur en het leefgebied van indianen. Waterkrachtcentrales, zoals de grote Belo Montedam, zorgen voor inundatie. Grote en kleine boeren doen aan kolonisatie waarbij ze regenwoud veranderen in landbouwgrond. Vooral veeteelt en de verbouw van soja zorgen voor veel ontbossing. Wanneer er in de landbouw wordt gewerkt met machines en er grote hoeveelheden geproduceerd worden, spreken we van grootschalige landbouw.
2.12 Casus: Belang van het Amazonegebied
In het Amazonegebied bevinden zich enkele aardolie- en aardgasvelden die al volop in gebruik zijn. Men zoekt verder in de hoop er nog meer te vinden. Naast alle andere activiteiten wordt de biodiversiteit van het regenwoud zo steeds ernstiger bedreigd. Er is een wereldwijde vraag naar de producten afkomstig uit het Amazonegebied. Dat maakt dat we allemaal indirect invloed hebben op hoe er daar met mens en natuur wordt omgegaan. Een hulpmiddel om correct te handelen is het document Earth Charter, of het ‘Handvest voor de Aarde’. Dit streeft naar het veiligstellen van zowel de natuur als de mensenrechten.
REACTIES
1 seconde geleden